
Vlaams Parlementslid

Crevits na Diyanetmoskee Maasmechelen: “Indien nodig zal ik niet aarzelen besluit te vernietigen”
Het is verboden voor raadsleden en schepenen om deel te nemen aan beslissingen waar zij een persoonlijk belang in hebben. Adviezen van lokale besturen over de erkenning van geloofsgemeenschappen moeten evident op een deontologisch correcte wijze gegeven worden. Zo reageerde Vlaams minister van Binnenlands Bestuur Hilde Crevits (CD&V) in de commissie van het Vlaams Parlement na de controverse waar een Maasmechelse schepen de pen mee vasthield van een moskee-advies terwijl hij gelijktijdig ook aanvrager was van de erkenning.
Het was Vlaams parlementslid Nadia Sminate, integratie-experte van de N-VA-fractie, die Crevits ondervroeg in de commissie. Aanleiding was het onderzoek van de gouverneur en de gemeenteraad van Maasmechelen nadat vastgesteld werd dat Maasmechelse schepen Serdar Karali (PUUR) meeschreef en meebesliste over een advies over de Diyanetmoskee, waar hij op dat moment ook bestuurder van was. De ademM/N-VA-fractie in de gemeenteraad bond de kat de bel aan, waarna de gouverneur een onderzoek startte en ook de deontologische commissie van de gemeenteraad weldra bij elkaar komt.
Op vragen van Sminate antwoordde Crevits in algemene termen dat onpartijdigheid van adviezen cruciaal is voor de rechtszekerheid van het dossier. “Het decreet lokaal bestuur is helder. Het is voor een raadslid verboden deel te nemen aan besprekingen en besluitvorming wanneer hij of zij een rechtstreeks belang heeft. Dat geldt ook voor schepenen. (…) Het is belangrijk dat mandatarissen dit strikt naleven”, klonk het. “Indien de deontologische regels geschonden zijn zal ik niet aarzelen de beslissing te vernietigen”.
Crevits reageerde verheugd dat de deontologische commissie van de gemeenteraad in Maasmechelen het dossier naar zich toe trekt. “De deontologische commissie kan adviseren aan de gemeenteraad haar besluit in te trekken. (…) Ik vind het goed dat ze bij elkaar komen”.
De CD&V, Groen en Vlaams Belang fractie deelden allen het belang van deontologie.
Antwoordend op Sminate stelde Crevits dat Agentschap Binnenlands Bestuur (ABB) wellicht tegen eind april het dossier zal afronden. Op dit moment heeft het lokaal bestuur het betrokken dossier nog niet bezorgd aan ABB. De vraag daartoe is wel op 24 februari reeds gesteld.
